Vijfentwintig jaar Mijn Levensboek
Mijn Levensboek voor pleegkinderen was vijfentwintig jaar geleden voor het eerst verkrijgbaar bij pleegzorgtijdschrift Mobiel. Wat ging hier aan vooraf en hoe gaat het nu verder met Mijn Levensboek? We vroegen het aan de ontwikkelaars van het boek.
Het gebeurt regelmatig dat pleegkinderen in het begin van hun leven op verschillende adressen wonen en door diverse mensen worden verzorgd, soms voor korte en soms voor langere tijd. Omdat die wisselingen vaak plaatsvinden in de eerste kinderjaren, bewaren pleegkinderen er geen blijvende herinneringen aan. Dat kan later voor onduidelijkheid en onzekerheid zorgen en daarom is het levensboek bedacht. In het levensboek is te vinden wanneer het kind geboren is, wie zijn biologische ouders zijn en wie er voor hem hebben gezorgd.
Tijdlijn Het is bekend dat pleegkinderen, maar ook adoptiekinderen, vaak moeite hebben met ‘gaten’ in hun eerste levensgeschiedenis, zoals het niet weten hoe laat je precies geboren bent of waar je tijdens een bepaalde periode hebt gewoond. Een levensboek kan helpen om de tijdlijn van je leven duidelijk te krijgen. Het biedt houvast voor je identiteit, zeker als er veel overgangssituaties waren. Onderzoek en de praktijk laten zien dat levensboeken positief kunnen werken.
Foto’s De eerste gedrukte exemplaren van Mijn Levensboek voor pleegkinderen verschenen vijfentwintig jaar geleden. Fiet van Beek (zie kader) vertelt hoe het allemaal begon. Zij begeleidde als gezinsvoogd twee pleegkinderen die teruggingen naar hun vader. “Een kennis had nog foto’s van de twee kinderen van toen ze bij hen logeerden. Daarna zijn we samen met de kinderen teruggegaan naar de plekken waar ze waren opgegroeid. We kregen stapels foto’s mee van het pleeggezin waar ze hadden gewoond. Alles ging in een plakboek.”
Herinneringen voor later “Ik besefte dat het voor een pleegkind erg waardevol is om een blijvende verbinding te bewaren van de mensen om hem heen”, zegt Fiet. “Die mensen weten dingen over jou: ervaringen en gebeurtenissen die belangrijk zijn om te bewaren als herinneringen voor later. Daar gaat het in een levensboek om: jij bent belangrijk, jouw verhaal is belangrijk.”
“Zo is het idee voor een levensboek ontstaan”, vervolgt Fiet. “Ik vertelde het aan collega’s en het zaadje voor Mijn Levensboek was geplant.” Met hulp van subsidies en in samenwerking met Rob van Pagée (zie kader) waren de eerste levensboeken eind 1996 verkrijgbaar bij pleegzorgtijdschrift Mobiel, de voorloper van BIJ ONS.
Creativiteit Mijn Levensboek is een losbladig boek waarin gegevens over het pleegkind kunnen worden ingevuld. Er zijn bladzijden die je kunt kopiëren als er ruimte tekort is, bijvoorbeeld om op te schrijven welke scholen het pleegkind heeft bezocht. Die bladen kun je van de website downloaden. “Maar het gaat niet alleen om het bewaren van gegevens en foto’s, het hele maakproces is belangrijk”, vindt Fiet van Beek. “Het pleegkind kan werken aan zijn eigen levensboek, er is veel ruimte voor creativiteit. Bijvoorbeeld tekeningen maken, brieven of verhaaltjes schrijven of een eigen geheimschrift bedenken.” Het levensboek is en blijft van het kind en gaat mee bij eventuele overplaatsingen. Het kind kan zelf iets toevoegen aan het boek, zodra hij oud genoeg is. Ook het samen met de pleegouder zoeken en bespreken wat er in het boek komt, is belangrijk, zo leert de ervaring.
Fiet van Beek Fiet van Beek (1959) was werkzaam in de jeugdzorg, onder andere als gezinsvoogd. Zij is de bedenker van Mijn Levensboek voor pleegkinderen en samen met Rob van Pagée mede-ontwikkelaar van de gepubliceerde versie van Mijn Levensboek, voor het eerst verschenen eind 1996. Fiet van Beek heeft eigen kinderen en is netwerkpleegouder van drie pleegkinderen die inmiddels volwassen zijn. Van 1988 tot 1996 was ze hoofdredacteur van pleegzorgtijdschrift Mobiel. Ze was ook de initiatiefnemer en eerste hoofdredacteur van de WAT?!-krant voor jongeren in pleeggezinnen. Fiet van Beek is de uitgever van uitgeverij Anderszins, gespecialiseerd in het publiceren van levensverhalen.
Papier Een veelgestelde vraag is waarom Mijn Levensboek op papier is en niet digitaal. Een online versie zou je misschien verwachten in deze digitale tijd. Mede-ontwikkelaar Rob van Pagée vindt dat er inhoudelijke en praktische redenen zijn om voor een papieren versie te kiezen. “In Mijn Levensboek gaat het om het leven en de identiteit van het kind. Het is van belang dat een kind erbij kan zonder hindernissen. Er is geen apparaat nodig en je hoeft geen computervaardigheden te hebben om het boek te kunnen bekijken.”
“Ook als kinderen er een tijdje niet aan werken, staat het in de kast en kan het weer opgepakt worden in een volgende fase”, vervolgt Rob. “Het boek is stevig uitgevoerd, raakt niet verouderd en heeft geen updates nodig. Ook is er geen risico dat het niet meer toegankelijk is omdat het computerprogramma oudere versies niet meer ondersteunt. Als we in het jaar 2000 een digitale versie hadden gemaakt, zouden veel kinderen van toen hun boek nu niet meer kunnen inzien, omdat gegevensdragers van toen niet meer ondersteund worden.”
Rob van Pagée Rob van Pagée (1946) begon als Jeugdbeschermer bij de Raad voor de Kinderbescherming. Toen hij in de jaren tachtig bij gezinshuizen werkte, ontdekte hij dat er nauwelijks ondersteuningsprogramma’s in de pleegzorg waren. Vanuit de Stichting Op Kleine Schaal haalde hij een voorbereidings- en trainingsprogramma uit de VS naar Nederland en introduceerde zo het STAP Pleegzorg Educatie Traject. Rob werkte samen met Fiet van Beek aan Mijn Levensboek en ontwikkelde een bijpassende training ‘Levensloop’. Later richtte hij de Eigen Kracht Centrale op, met als visie dat als er problemen zijn en jeugdzorg betrokken raakt, er allereerst aan familie en sociaal netwerk wordt gevraagd een ‘familiegroepsplan’ te maken. Meer informatie over de Eigen Kracht Centrale: www.eigen-kracht.nl.
Haarlok “Bij het werken aan het boek worden bovendien alle zintuigen gebruikt en gestimuleerd”, zegt Rob van Pagée. “Je kunt tekeningen en haarlokken inplakken en handgeschreven bijdragen maken en bewaren. Een tastbaar briefje van je moeder in je boek heeft meer waarde dan hetzelfde gescand. Het zien dat je eigen handschrift is veranderd is een ander mooi voorbeeld.”
Nieuw onderkomen Pleegouders konden tot voor kort het levensboek bestellen bij pleegzorgmagazine BIJ ONS. Nu BIJ ONS niet langer bij Stichting Mobiel is ondergebracht, heeft Mijn Levensboek een nieuw onderkomen gevonden bij uitgeverij Anderszins van Fiet van Beek. Daar kunnen pleegouders als vanouds het levensboek bestellen en informatie en tips vinden.
Door Femmie Juffer, redactielid van BIJ ONS en emeritus hoogleraar adoptie en pleegzorg
Bestellen
Wil je Mijn Levensboek bestellen? Dat kan bij uitgeverij Anderszins via de website mijnlevensboek.nl.
Sommige pleeggezinnen kunnen Mijn Levensboek via hun pleegzorgorganisatie krijgen. Informeer hiernaar bij je eigen pleegzorgorganisatie.