Hoe zit dat?
Bijzondere kosten
Pleegouders kunnen een vergoeding voor bijzondere kosten aanvragen bij de pleegzorgaanbieder. Wat zijn bijzondere kosten? Wat kunnen pleegouders doen als de bijzondere kosten niet worden vergoed? Maar om te beginnen: hoe zit het ook alweer met de onderhoudsplicht?
Hoe zit dat?
Bijzondere kosten
Pleegouders kunnen een vergoeding voor bijzondere kosten aanvragen bij de pleegzorgaanbieder. Wat zijn bijzondere kosten? Wat kunnen pleegouders doen als de bijzondere kosten niet worden vergoed? Maar om te beginnen: hoe zit het ook alweer met de onderhoudsplicht?
Pleegouders en de onderhoudsplicht
Pleegouders zijn zelden tot nooit onderhoudsplichtig (1). Echter in de praktijk maken pleegouders wel degelijk kosten die (lang) niet altijd gedekt worden door de pleegvergoeding. Wie is er eigenlijk onderhoudsplichtig voor het (pleeg)kind?
Ouders en onderhoudsplicht
De onderhoudsverplichting is in tweeën te delen:
- Kind tot 18 jaar Ouders betalen kosten van verzorging en opvoeding.
- Kind van 18 jaar tot 21 jaar Ouders betalen kosten van levensonderhoud en studie.
De ouders van het (pleeg)kind zijn dus onderhoudsplichtig. Ongeacht of zij nu het wettelijk gezag hebben (gehad) of het ouderlijk gezag niet (meer) uitoefenen. Daarnaast is degene die het kind heeft erkend, dit wordt de juridische ouder genoemd, onderhoudsplichtig (2). Ook is de biologische vader onderhoudsplichtig als het biologische ouderschap door de rechter is vastgesteld. Tevens is de stiefouder onderhoudsplichtig: de partner die met de ouder van het kind is getrouwd of een geregistreerd partnerschap heeft met de ouder van het kind. In dat geval is sprake van stiefouderschap en heeft de stiefouder een onderhoudsplicht jegens het stiefkind.
Pleegvergoeding
Omdat pleegouders wettelijk gezien niet onderhoudsplichtig zijn, ontvangen zij pleegvergoeding. Het is de bedoeling dat de kosten die gemaakt worden voor de verzorging en opvoeding van het pleegkind hiervan kunnen worden betaald. Boven op het basisbedrag aan pleegvergoeding kan in bepaalde gevallen een toeslag worden toegekend aan pleegouders die extra kosten maken. Bijvoorbeeld in geval van crisisopvang, zorg voor een pleegkind met een handicap of als pleegouders voor drie of meer pleegkinderen zorgen. In de praktijk is de pleegvergoeding (lang) niet altijd toereikend. En maken de pleegouders kosten die niet uit het basisbedrag en/of de toeslagen kunnen worden voldaan. De vraag is dan of deze kosten als bijzondere kosten (kunnen) worden aangemerkt.
Wat zijn bijzondere kosten?
Bijzondere kosten zijn volgens de Regeling Jeugdwet kosten:
- die naar het oordeel van de pleegzorgaanbieder redelijkerwijs noodzakelijk worden geacht en niet kunnen worden voldaan uit het basisbedrag dan wel uit de toeslagen
- waarvoor geen uitkering op grond van een andere regeling kan worden verstrekt, en
- die redelijkerwijs niet zijn te verhalen op onderhoudsplichtige ouders.
In praktijk blijkt dat de vergoeding van de bijzondere kosten verschilt per pleegzorgorganisatie. Dit heeft te maken met het bedrag dat de gemeente beschikbaar stelt aan de betreffende pleegzorgorganisatie voor de vergoeding van de bijzondere kosten (3).
Praktijkvoorbeeld
Milou en Michiel zorgen voor pleegdochter Lilly (3), die onder voogdij staat van de gecertificeerde instelling. De voogd vindt het belangrijk dat Lilly zoveel mogelijk in contact komt met leeftijdsgenootjes en de peuterspeelzaal (en later de BSO) moet bezoeken. Ook de pleegzorgbegeleider onderschrijft het standpunt van de voogd. Bovendien werken Milou en Michiel beiden zodat de kinderopvang voor Lilly ook nodig is. Milou en Michiel betalen een flink bedrag aan eigen bijdrage aan de kinderopvang. De pleegvergoeding is daarom niet toereikend genoeg. Milou en Michiel verzoeken de pleegzorgaanbieder om deze bijzondere kosten te vergoeden. De pleegzorgaanbieder wijst het verzoek af.
Reflectie op dit voorbeeld
Het is gezien de regeling niet begrijpelijk dat de pleegzorgaanbieder het verzoek om vergoeding van deze bijzondere kosten van Milou en Michiel afwijst. Aan de drie criteria voor vergoeding van de bijzondere kosten is immers voldaan, zo volgt uit de casus. Opvang is volgens de pleegzorgaanbieder noodzakelijk en bovendien werken Milou en Michiel beiden. De eigen bijdrage voor kinderopvang is niet opgenomen in de pleegvergoeding. De hoogte van de eigen bijdrage kinderopvang is erg hoog in verhouding tot de pleegvergoeding die Michiel en Milou ontvangen. De pleegvergoeding is daarom niet toereikend. Er zijn ook geen uitkeringen op grond van andere regelingen waaruit de eigen bijdrage (die overblijft na aftrek van de kinderopvangtoeslag) voor de kinderopvang kan worden betaald. Het verhalen van de kosten op de onderhoudsplichtige ouders is in deze casus redelijkerwijs ook niet mogelijk. Tegelijkertijd is de pleegzorgaanbieder afhankelijk van de gemeente als het gaat om het financieren van de pleegzorg. Milou en Michiel kunnen bezwaar aantekenen bij de pleegzorgaanbieder tegen deze afwijzing. Als de pleegzorgaanbieder het bezwaar van Milou en Michiel (gedeeltelijk) ongegrond verklaart, kunnen zij hiertegen beroep instellen bij de bestuursrechter. Dit kan zonder advocaat. Het is wel raadzaam om juridisch advies in te winnen, bijvoorbeeld bij de NVP. Zij kunnen pleegouders kosteloos van advies voorzien en waar nodig ondersteuning bieden in de procedure.
Mariska Kramer
Advocaat Mariska Kramer maakt zich sterk voor het belang van het (pleeg)kind. In haar advies- en procespraktijk staat ze pleegouders bij en adviseert ze pleegzorgaanbieders en gecertificeerde instellingen. Ook geeft ze lezingen en cursussen over de rechtspositie van (pleeg)kinderen en pleegouders.
Voetnoten
- (1) Pleegouders zijn in de regel niet onderhoudsplichtig als het gaat om de kosten die worden gemaakt met betrekking tot de verzorging en opvoeding van het pleegkind. Hierop geldt slechts een uitzondering waarbij pleegouders onderhoudsplichtig (zouden) kúnnen worden. Te weten: pleegouders die gezamenlijk de voogdij hebben en die hun (voormalige) pleegkind niet meer zelf verzorgen en opvoeden, kúnnen (alsnog) onderhoudsplichtig wórden. Dit overigens wel afhankelijk van de vraag of er nog een (deel)tijdpleegcontract is en of het kind nog ouders heeft (en welke rol die ouder(s) in het leven van het kind hebben).
- (2) Per 1 januari 2023 geldt dat degene die het kind erkent ook automatisch met het gezag wordt belast.
- (3) Zie Handreiking pleegvergoeding van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten.