Illustratie: Jorien Kruijswijk Jansen, drawjorart.
Als je van je pleegkind evenveel houdt als van haar moeder
Nog maar een paar jaar en dan mogen ze met pensioen. Ook al hebben Sylvia en Joop nog geen vastomlijnde plannen voor daarna, één ding is zeker: rustig samen de tijd aan zichzelf zit er niet in.
We zitten aan de eettafel van Joop en Sylvia. Meezingend met de koptelefoon op haar hoofd maakt de vierjarige Mandy aan de salontafel mooie dingen van Lego. Ze woont bij opa en oma. De zorgen om de psychische problemen en het gedrag van hun dochter Laura, de moeder van Mandy, beginnen tijdens de pubertijd. Het trekt een zware wissel op het hele gezin. Wanneer ze als jonge vrouw vertelt dat ze zwanger is, houden Joop en Sylvia hun hart vast. Zo ook de hulpverlening. Nog tijdens de zwangerschap wordt een OTS uitgesproken door de rechter.
Na de bevalling gaan moeder en dochter naar een begeleide woonvorm. Het gaat goed en ze mogen op zichzelf gaan wonen. Vader is nauwelijks in beeld. Ondanks goede wil valt het Laura zwaar. Haar eigen problemen nemen weer de overhand. Steeds vaker moeten opa en oma alles uit hun handen laten vallen om Mandy op te halen bij Laura. Steeds langer blijft Mandy bij hen logeren. Als ze uit huis wordt geplaatst, is het voor Joop en Sylvia geen besluit maar een vanzelfsprekendheid: zij gaan voltijd zorgen voor Mandy.
Tijdens het gesprek gaat de telefoon. Het is moeder. Als oma met de telefoon naar Mandy loopt, drukt deze haar oor stevig in het kussen op de bank. Ze wil niet. Ik zie een korte twijfel in de ogen van oma. Ze moet kiezen tussen een fijn moment voor haar dochter of luisteren naar de signalen van Mandy. Dan hoor ik haar verzachtend tegen moeder zeggen dat Mandy te druk is met spelen. Deze keuze lijkt me moeilijk te maken als je van beiden evenveel houdt.
In tijden dat het iets beter gaat met Laura, laat zij Joop en Sylvia merken dat ze blij is met wat ze doen voor haar en Mandy. In haar mindere periodes neemt ze de slachtofferrol, speldt de begeleiding dingen op de mouw en spreekt kwaad tegen en over haar vader en moeder. Joop haalt zijn schouders op: “We zijn eraan gewend.”
Uit schaamte, maar ook om hun dochter te beschermen tegen de mening van anderen, houden Joop en Sylvia de situatie zoveel mogelijk voor zichzelf. Dit verandert wanneer ze aanschuiven bij een avond voor pleegouders, waaronder ook pleeggrootouders. De herkenning maakt veel emoties los bij Sylvia en ze besluit toch ook haar verhaal te delen. Er valt een last van haar schouders. Niemand heeft een oordeel over haar of haar dochter. “Ik raad iedereen aan erover te praten met mensen die weten hoe het is”, zegt Sylvia nu, “het geeft rust en meer vertrouwen in jezelf.”
Bestandspleegouders besluiten op een dag om pleegouder te worden. Joop en Sylvia is het min of meer overkomen.
De zorg voor Mandy heeft hun sociale leven veranderd. Terwijl vrienden op deze leeftijd steeds meer de tijd aan zichzelf krijgen, is spontaan afspreken of op pad gaan voor Joop en Sylvia moeilijk in te passen. “We hebben er vrienden door verloren” vertellen ze. Gelukkig zijn er ook gebleven. Ze spreken doorgaans af bij Joop en Sylvia thuis. Familiemomenten zijn ook anders geworden. Na veel vervelende ervaringen met zijn zus, wil hun zoon geen contact meer met Laura. Zachtjes zegt Sylvia: “Ik begrijp het wel, maar het maakt het er voor ons niet gemakkelijker op. Gezellig met de hele familie bij elkaar is er niet meer bij.”
In de afgelopen jaren zijn Joop en Sylvia één keer een dag samen op pad geweest. Vroeger, toen hun eigen kinderen jong waren, was dat gemakkelijker. Over en weer oppassen voor vrienden met jonge kinderen was heel gewoon. “Nu vragen we leeftijdgenoten niet meer of ze willen oppassen.” Maar positief als ze is, vertelt Sylvia dat ze boft met een man als Joop. Als zij een keer weg wil, regelt hij het thuis. “Maar we genieten van de avonden samen thuis hoor, tot 's avonds 10 uur. Want ja, uitslapen is er niet bij.”
Elke zondag brengen opa en oma Mandy bij moeder voor de bezoekregeling. Soms moeten ze ter plaatse besluiten Mandy weer mee te nemen.
Als Mandy 16 is, gaan Joop en Sylvia richting de 80. Ze durven er niet op te hopen dat moeder ooit weer voor Mandy kan zorgen. Hun zoon heeft laten weten dat hij de zorg niet van hen zal overnemen. En dus voelen ze zich genoodzaakt nu alvast op zoek te gaan naar een pleeggezin waar Mandy af en toe mag zijn. Lachend voegt Sylvia eraan toe: “Dat wordt wat. Vaak als we Mandy bij onze dochter brengen, missen we haar al op de weg terug naar huis.” En dan weer serieus. “We hopen dat het een plek is waar Mandy kan wonen als het ooit zover moet komen.”
Als ik hen vraag of ze weleens nadenken over wat voor hen het moment is dat het niet meer gaat, blijft het even stil. “Ik denk daar weleens over na,” zegt Joop, “maar ik praat er niet graag over. Liever genieten we nu van de kleine Mandy en ondersteunen we onze dochter waar we kunnen.” Ik laat het even bezinken. Zoveel toewijding! Joop en Sylvia houden evenveel van hun pleegkind als van haar moeder. Een spagaat tussen het beschermen van je kleinkind en kansen geven aan je dochter. Het is mij duidelijk geworden hoe ingewikkeld dat is. En verdrietig.
Ze hebben pleegzorgverlof aangevraagd. Iets meer ruimte in hun overvolle leven. Na zijn pensioen verwacht Joop nog twee jaar door te werken. Met Mandy hebben ze ook meer kosten, vertelt hij. “Maar ach, het is goed zo” voegt hij eraan toe.
Het is bedtijd voor Mandy en we ronden het gesprek af. Gezellig keuvelend vertrekken opa en Mandy naar boven en als ze opstaat uit haar stoel vertelt Sylvia mij lachend dat ze door de komst van Mandy zoveel meer in beweging is, dat ze geen last meer heeft van pijnlijke gewrichten. Nuchter en positief. Het tekent niet de situatie, maar Joop en Sylvia des te meer.
Door de redactie